vrijdag 17 juli 2009

Rijke stinkerds in Brunei

Dag 258 tm 261, 14 tm 17 juli, KK en Brunei

Vlak voor we op jungleriviertocht gingen hebben we afscheid genomen van Martine en Mario. Zij gaan helaas vandaag al weer terug naar Nederland. M en M, het was superleuk dat jullie er waren!

Wij hebben geen zin in weer een dag in Sandakan en nemen 'direct' na onze laatste ochtendriviercruise de bus naar Kota Kinabalu. We worden langs de kant van de weg afgezet en moeten dus maar wachten wanneer er een bus aankomt. Echt lang hoeven we gelukkig niet te wachten in die bloedhitte. De bus is lekker koud (zo koud dat ik zelfs een trui aan doe).

Eenmaal terug in Kota Kinabalu ga ik meteen naar de apotheek. Ik word gek van die snotneus, de druk op mijn voorhoofd, dat gehoest en mijn oren willen ook nog steeds niet open. Binnen een minuut sta ik weer buiten met antibiotica en nog een stapeltje andere pillen. Vooruit dan maar. Omdat ik zo 'sielug' ben, trakteer ik mezelf op een voetreflexmassage. Lucky Edwin mag dat ook, ook al is hij niet ziek. De meisjes zijn net aan 1,50 lang, ultratenger en ik verwacht er weinig van. Maar wat een sterke klauwtjes hebben deze minivrouwtjes! Au au au, niet zo hard! Met een serene glimlach op hun witgekalkte gezichtjes (hoe blanker hoe beter hier, alle gezichtscremes in de winkels bevatten whiteners), kneden ze mijn voeten en kuiten. En als extraatje ook nog een nek- en schoudermassage. Wij kunnen er na 1,5 uur weer helemaal tegen.

De volgende dag staan we om 06:00 uur op. We willen vandaag in één keer door naar ons 18e land, Brunei, maar daarvoor moet je eerst een boot nemen naar Labuan eiland en dan nog een andere boot naar Brunei. En we hebben nog geen kaartjes, dus het is verstandig om niet te laat bij de haven te zijn. En ach weet je, zo vroeg op staan is niet erg, want dan is het nog lekker koel...ahum. Omdat wij kostenbesparend bezig zijn, lopen we het hele stuk naar de haven in plaats van met de taxi te gaan, en dan is je tsjirt alsnog lekker drijfnat.

Om half drie komen we aan in Muara, onze eerste grensovergang via het water. Ook hier weer bij de immigratie en paspoortcontrole de inmiddels gebruikelijke temperatuurchecks vanwege de varkensgriep (die ik blijkbaar niet heb, want de meter slaat niet uit als ik langs de warmte-meet-camera's loop). Nu nog een stuk met de bus en dan eindelijk zijn we in Bandar Seri Begawan, de hoofdstad van Brunei Darussalam.

Voor wie niet bekend is met Brunei; het is een minilandje met 375.000 inwoners en aan het hoofd staat de gruwelijk rijke sultan. De beste man was gisteren jarig (63 alweer) en dat is normaal gesproken het hoogtepunt van het jaar met parades en andere festiviteiten. Dat hebben we dus op één dag na gemist. Maar later horen we dat het dit jaar niet grootst is gevierd, vanwege de varkensgriep. Maar goed, Brunei dus, een stinkend rijk islamitisch olielandje. Medische zorg is er gratis, net als scholing. Een liter benzine kost 25 eurocent, belasting op auto's is er niet, dus IEDEREEN rijdt een hele dikke nieuwe SUV maar..... het is er een beetje saai. De hoofdstad, afgekort BSB telt maar 85.000 inwoners, een dorp dus. In een uur heb je je rondje door de stad wel gelopen. Er staat in het centrum een gigantische moskee, er zijn uiteraard winkels en wat restaurants en heel veel banken, maar het is zo rustig. En de mensen zijn ook zo beschaafd. En oh ja, alcohol is écht (!) niet toegestaan in dit land. Dat verklaart ook wel het e.e.a.

Maar je hoeft je niet te vervelen in Brunei. De volgende dag nemen we om negen uur het openbaar vervoer naar Bangar. Dit OV bestaat uit een speedboot die snoeihard over de junglerivier sjeest. Onderweg zie je alleen maar tropisch regenwoud en mangroves. Het is een wirwar van riviertakken, af en toe een meer en nog meer rivieren. Ik snap niet dat de kapitein de weg weet, want het is (ons) totaal niet duidelijk hoe dit waterstelsel -het wegennet dus- in elkaar steekt.



In Bangar blijven we maar een half uurtje, want er is niets te doen en dus scheren we via dezelfde ingewikkelde route weer terug naar BSB. Zodra we de stad naderen zie je kilometers lang een sliert van huizen op palen. De zogenaamde watervillage. Hier wonen zo'n 30.000 mensen in houten huizen die via vlonders en bruggen met elkaar verbonden zijn. Een bijzonder gezicht, zeker omdat ik niet verwachtte zulke huizen te zien in een rijk land als Brunei.

Majesteit de sultan Haji Hassanal Bolkiah Muízzaddin Waddaulah en Yang Di-Pertuan (en zijn volledige naam is wel vijf keer zo lang) heeft ook een eigen museum. Hier is informatie te vinden over zijn leven, de vorming van Brunei nadat het in 1984 onafhankelijk is geworden van Engeland en het staat vol met cadeaus die hij ooit van andere staatshoofden heeft gekregen. Tja, je moet er van houden, van al dat goud, zilver, diamant, marmer en ander blingbling.

3 opmerkingen:

arie en joke zei

Dag kindertjes,
Het skypen was weer leuk vooral omdat Larissa er ook bij was. Goed om jullie weer even op het schermpje te zien. Nog een kleine 2weken in Oudewater en dan weer naar Haastrecht. We gaan nu echt kijken wanneer en waarheen we onze "wereldreis" gaan beginnen. Maar we houden jullie natuurlijk op de hoogte.
Nu nog even een kusje op deze manier, maar we komen we er aan.
Joke en Arie

Martine zei

Hi!

Wij vonden het ook super leuk. Heel bijzonder ook, om een deel van jullie reiservaring mee te kunnen maken. De vakantiedagen zijn helaas zo goed als op, maar anders...

Geniet weer de komende periode!

X Martine

Lock en Janneke zei

Uw reservering is gelukt

Stond er zojuist in de mailbox!
Joehoe! Ed en Mascha, here we come!!!

Als jullie zorgen voor een goed hosteltje en koud bier, zorgen wij voor een flinke voorraad deet!